Hoe kunnen we nu een cultuur van vrede en verzoening opbouwen? Vandaag de dag wordt paradoxaal genoeg de positieve term vrede gebruikt in de negatieve zin van afwezigheid van conflict of beëindiging van oorlog. Tegelijkertijd wordt de negatieve term oorlog positief omschreven
Oude Testament
In het Oude Testament is vrede een positief concept. Shalom staat voor volheid van welzijn. Dat moet onderhouden en bewaard worden. Daarnaast is vrede een geschenk van God voor zijn uitverkoren volk. In het verbond tussen God en mensen zorgt God voor vrede als de mensen vrede maken, wel-doen om wel-zijn te verkrijgen.
In de praktijk was Israël een oorlogvoerend volk. God werd gezien als vechtend voor Israël. Het besef Gods mensen te zijn lijkt een legitimering te zijn voor het heiligen van conflicten. Als een groep zich identificeert met vrede en het instrument bij uitstek voor het bereiken van vrede, dan moet er een andere groep zijn die het obstakel is voor vrede. De groep die aan de kant van het kwaad staat moet worden aangevallen. Dus een heilige oorlog representeert een radicaal misverstand. Het obstakel voor vrede externaliseren in de vijand vernietigt het verbond. Het zich identificeren met gerechtigheid en vrede omdát men behoort tot het volk van God, is een illusie.
Nieuwe Testament
In het Nieuwe Testament is vrede een geschenk. Het is Gods aanbod van vriendschap aan mensen die, bewust of onbewust, rechtvaardigheid hebben verworpen. Het is vrede als verzoening, van het soort 'vrede maken’ dat niet beperkt is tot het neerleggen van de wapens, maar dat een nieuwe relatie creëert waarin mensen in staat worden gesteld om recht te doen.
Verzoenende vrede
Verzoenende vrede is zichzelf tot een vriend maken en de andere als potentiële vriend beschouwen; het overwinnen van de vijand in mij, zodat de ander door het zien van mijn uitgestoken hand een vijand kan overwinnen. Dit is het soort vrede waar de mensen aan zouden moeten werken, omdat het nog niet is gerealiseerd.
Het Oude Testament gebruikt het woord verzoening niet, ook niet impliciet. Verzoening blijkt de sleutel tot de brieven van Paulus. Verzoening is iets dat van God komt, wij kunnen het niet in gang zetten of bereiken maar krijgen het aangereikt. De dood aan het kruis is een symbool dat ons meeneemt naar het hart en de grenzen van geweld. Het bloedvergieten is een paradoxaal symbool dat de overgang van dood naar leven bemiddelt. Deze symboliek erkent de confrontatie met geweld, maar raakt er niet hopeloos in verstrikt. Ze biedt een voertuig om geweld te overwinnen en overstijgen, en bereidt zo de basis van verzoening voor. God maakt een volk uit joden en heidenen.
Lessen
Wat zijn nu de lessen voor het bouwen van een cultuur van vrede en verzoening?
Vrede als geweldloosheid is instrumenteel en onbevredigend omdat haar reikwijdte niet gestoeld is op de oprechte wil naar vrede als welzijn. Het is niet duurzaam omdat oorlogs-zuchtigheid blijft bestaan.
Misvattingen rond verzoening
Verzoening is geen quick fix oplossing. Haast brengt schade toe aan de slachtoffers doordat ze de lijdensgeschiedenis bagatelliseert. Het laat ook de daders niet beseffen wat zij hebben veroorzaakt. Kerkleiders hebben last van deze misvatting omdat ze vaak denken dat het christelijk is om snel vergeving te schenken.
Verzoening wordt soms verward met conflictoplossing. Mediation kan soms nuttig zijn maar leidt niet tot verzoening. Verzoening is geen vaardigheid om je eigen te maken. Het is een kracht om te ontdekken.
Wat is verzoening wel
Verzoening is een houding die je aanneemt tegenover een gebroken wereld in plaats van een middel om die wereld te herstellen. In theologische termen: verzoening is eerder spiritueel dan strategisch. Bij verzoening is, volgens Paulus, de vraag niet hoe men kan vergeven, maar hoe de slachtoffers van geweld de genade van God kunnen ontdekken die opwelt in hun leven. Het verzoeningsproces begint met het slachtoffer en niet met de moordenaar. Het betekent dat de slachtoffers de woede over de pijn en ellende die zij hebben doorstaan moeten kunnen uitdrukken.
Geweld berooft zowel het slachtoffer als de dader van hun menselijkheid. In verzoening kan het slachtoffer zijn of haar eigen menselijkheid herontdekken door weer op een fundamenteel niveau te gaan vertrouwen. Dit brengt een geloof in Gods gave van menselijkheid. En het is pas door het opwellen van Gods genade in het verbrijzelde leven van het slachtoffer dat menselijkheid kan worden hersteld voor de daders van geweld. Er is pas verzoening, als het slachtoffer kan vergeven. De daders kunnen zichzelf niet vergeven. En die vergeving moet iets in zich dragen van de onbegrensdheid van Gods genade.
vertaling en samenvatting: Diana Vernooij 2013.